Doe uw voordeel met de extra informatie uit een ‘verplicht’ grondonderzoek
Om gebruik te kunnen maken van de gedifferentieerde fosfaatnorm is het noodzakelijk uw percelen te laten onderzoeken. Als op basis van het onderzochte Pw-getal blijkt dat een perceel in de categorie ‘neutraal’ of ‘laag’ valt, dan mag er meer fosfaat op uw bedrijf worden toegepast dan de standaardnorm bij categorie ‘hoog’. Een analyse mag bij indienen van de gecombineerde opgave, uiterlijk 15 mei, niet ouder zijn dan 4 jaar. De verplichte bemonstering is echter ook een mooie gelegenheid meer over een ‘bont’ perceel te weten te komen. Overleg de komende tijd met uw monsternemer hoe u meer informatie uit de monsters in uw analyserapport krijgt.
Bemonstering via labprotocol of gestratificeerde aselecte steekproef
De fosfaattoestand van uw grond moet onderzocht worden door een geaccrediteerd laboratorium. Voor topografische percelen tot 5 hectare kan dit met een mengmonster via het eigen protocol van het laboratorium. Voor grotere percelen zijn meerdere mengmonsters nodig. Een gewogen gemiddelde bepaald dan het uiteindelijke Pw-getal. Heeft u meerdere gewaspercelen op het topografische perceel, dan kunt u in overleg met de monsternemers de monstername van de mengmonsters zo in delen dat u daar extra informatie uit krijgt. Hiermee kunt u in latere instantie weer uw voordeel doen voor een stuk gerichte bemesting.
Behalve onderzoek via het labprotocol is er de mogelijkheid van gestratificeerd onderzoek. Bij dit onderzoek geeft een softwareprogramma aan waar de monsternemer de grondmonsters moet nemen. Als u denkt dat de fosfaattoestand voor bouwland lager is dan Pw-25 (fosfaatarm of fixerend) dan is het zelfs noodzakelijk om gebruik te maken van deze onderzoeksmethode. Bij fosfaatarm krijgt u (de verhoogde norm van) 120 kg fosfaat/ha.
Gestratificeerd onderzoek is kostenbesparend, maar levert bij grote perceelsverschillen minder specifieke informatie. Bovendien geldt het onderzochte Pw-getal voor het gehele topografische perceel en is er geen sprake van een gewogen gemiddelde. Duidelijk is wel dat een gestratificeerd grondonderzoek bij een verdenking van fosfaatarme of –fixerende grond nog steeds vooropgaat en noodzakelijk blijft voor de extra fosfaatruimte.
Bron: Delphy en OCI Agro